vriendschap 25 jaar
Foto door Jed Villejo voor Unsplash.
Identiteit

Waarom is het zo moeilijk om vrienden te maken als je eind twintig bent?

Veel mensen lijken na hun 25ste hun vriendschappen te versterken in plaats van dat ze kostbare tijd besteden aan allerlei kennissen. En dat is niet per se slecht.

Het is nu twee jaar geleden dat de pandemie in onze sociale levens heeft huisgehouden en ons allen tot heremietkreeften reduceerde. Vandaag de dag is eenzaamheid nog steeds wijdverspreid onder jongeren; 11 procent van de mensen van 15 jaar of ouder gaf aan zich in 2021 sterk eenzaam te voelen. 

Advertentie

Het ding is, vrienden maken en vriendschappen aanhouden is als volwassene niet zo makkelijk, zeker niet als je klaar bent met studeren en aan je werkende leven begint. Volgens een onderzoek uit 2015 zijn de sociale kringen van mensen het grootst rond hun 25ste en worden ze daarna kleiner en kleiner naarmate er zich meer verantwoordelijkheden beginnen op te stapelen. Vrouwen verliezen rond die tijd meer vrienden dan mannen, en onderzoekers denkt dat dat zou kunnen komen omdat het waarschijnlijker is dat ze zich focussen op hun romantische relaties en het verkrijgen van een partner. 

Mensen van eind twintig lijken hun vriendschappen hoe dan ook te versterken in plaats van dat ze kostbare tijd en energie besteden aan het omgaan met mensen met wie ze een paar dingen gemeen hebben. En dat is geen slecht iets. Het kan juist erg gezond zijn. 

Maar wat als je je mensen nog niet gevonden hebt? Of als je de vrienden die je had kwijtraakt door een breuk of omdat je verhuist? Vrienden maken kan als volwassene een erg kwetsbaar en verwarrend proces zijn, dus ik praatte erover met Guy Bosmans, klinisch psycholoog en professor aan de Faculteit van Psychologie en Onderwijswetenschappen aan de KU Leuven in België. 

Advertentie

Als we het over vriendschap willen hebben, moeten we het eerst over het onderwerp gehechtheid hebben, het “systeem dat ons ertoe aanzet om sociaal contact te zoeken, en dat een essentiële functie voor onze overleving is,” zoals Bosman het definieert. Het komt erop neer dat je je hechtingsvaardigheden tijdens je vroegste interacties met je verzorger ontwikkelt, die de rol heeft om ondersteuning te bieden voor jouw behoeftes. De eerste relationele ervaringen creëren een patroon voor de toekomst, en beïnvloeden je voor de rest van je leven. 

“We worden als gevolg van evolutie geboren met de biologische behoefte om zorg te ontvangen, maar we hebben ook de behoefte om voor anderen te zorgen,” zegt Bosmans. “Naarmate je ouder wordt stratificeert deze behoefte natuurlijk en wordt hij complexer – als je voornaamste behoefte als kind was om in de fysieke zin door de ouder beschermd te worden, dan neemt die rol door de jaren heen een psychologische vorm aan.”

Psychologen onderscheiden vier hechtingsstijlen: veilig, waarbij mensen niet worstelen met liefde en vertrouwen in hun relaties; onveilig ambivalent, waarbij mensen bang zijn om verlaten te worden en constant geruststelling van hun geliefden nodig hebben; onveilig vermijdend, waarbij mensen afgesloten zijn en onafhankelijkheid boven alles stellen, zelfs ten koste van hun relaties; en gedesorganiseerd, een onvoorspelbare combinatie van alle negatieve hechtingsstijlen. 

Advertentie

“Vriendschap is een reactie op een behoefte aan gehechtheid die anders is dan wat we bij onze ouders hebben,” zegt Bosman. “Het presenteert zichzelf als minder exclusief en daardoor meer fluïde.” Dat is zowel het goede als slechte aan vriendschappen: je kiest ervoor om samen te zijn, zonder verplichtingen – en je kunt even makkelijk voor andere relaties kiezen, misschien omdat die meer psychologische voldoening en welzijn bieden.

Vriendschappen zijn in dat aspect best uniek. In tegenstelling tot familierelaties word je er niet mee geboren, je moet ze keer op keer uitkiezen, zoals romantische partnerschappen. Maar ze verschillen ook van romantische verbintenissen in dat ze minder gestructureerd zijn en de verwachtingen minder duidelijk zijn gedefinieerd. 

Hoewel ze meestal in verband met ouders of partners worden besproken, hebben hechtingsstijlen ook invloed op onze vriendschappen. “Hoe we leren onszelf aan anderen te relateren beïnvloedt ook hoeveel tijd we aan relaties besteden,” voegt Bosmans toe. “Misschien kom je uit een familie die niet erg aanhankelijk is en heb je geleerd dat relaties een bron van ongemak zijn, maar als ons brein nieuwe noties ontvangt, dan kan het die patronen overschrijven.” 

Romantische relaties zijn een van de grootste boosdoeners als het gaat om afstervende vriendschappen. Ze nemen een hoop tijd en emotionele voorzieningen in beslag, dingen die geen oneindige voorraad hebben, zoals iedereen die een weekend nodig heeft om van hun weekend bij te komen weet. Daarnaast zijn je late twintiger jaren ook een periode waarin de relatie met jezelf intenser wordt, waardoor je, met recht, afstand gaat nemen van mensen met wie je niet klikt. Psychologisch gezien wordt het ook noodzakelijker om tijd en ruimte voor jezelf te kunnen hebben. 

Advertentie

Dat wil niet zeggen dat je behoefte aan socialisatie stopt met bestaan als je ouder bent; hij schommelt in de verschillende fases van je leven. Vriendschappen gaan om comfort vinden bij iemand die je belang zal bevestigen, het met je eens zal zijn, met je zal discussiëren. Als volwassene is die behoefte aan validatie minder groot en verschuift hij, naarmate je een meer solide en compacte identiteit vormt, van de buitenkant naar de binnenkant. “We gaan van zoeken naar aanhankelijkheid en zorg naar degenen worden die die dingen voor andere mensen kunnen verschaffen,” legt Bosmans uit. 

Maar wie zegt überhaupt dat je een hele hoop vrienden nodig hebt? Volgens recent onderzoek lijkt het erop dat mensen met drie tot zes significante vriendschappen vinden dat ze over het algemeen een betere kwaliteit van leven hebben. Aan de andere kant kan één echte boezemvriend genoeg zijn om de vruchten van gezelschap te plukken. 

Als we tv-series en films moeten geloven, zijn de enige vriendschappen die er echt toedoen degenen die voor het leven zijn, of in de buurt daarvan. De buurjongen uit je kindertijd, die vriendin van de uni waar je nog steeds dagelijks mee praat, de huisgenoot/boezemvriend die is verhuisd maar nog steeds constant over de vloer komt – we worden vaak geconfronteerd met de verwachting dat hechte vriendschappen het jarenlang vol zouden moeten houden. Maar dat is niet altijd realistisch, aangezien de meeste mensen gedurende hun leven significant veranderen. 

Advertentie

In een interview met The Atlantic verdeelde Emily Langan, assistent-professor communicatie, volwassen vriendschappen onder in drie categorieën – actief, slapend en memoriaal. In de eerste categorie zitten de mensen waar we op kunnen rekenen voor emotionele ondersteuning; in de tweede, mensen die we niet vaak zien maar waar we maar al te graag tijd mee doorbrengen als het ooit uitkomt; de laatste categorie is bestemd voor mensen met wie we geen contact meer hebben, maar met wie we zo’n intense relatie hadden dat we ze nog steeds als vrienden beschouwen. 

Vriendschappen kunnen, afhankelijk van omstandigheden, van de ene categorie naar de andere verschuiven en toch hun unieke waarde in je leven behouden. Dus je sociale bubbel zou bij nader inzien wel eens groter kunnen zijn dan je aanvankelijk dacht; de intensiteit van de relaties is alleen veranderd. 

Als je je echter zorgen maakt over of je vriendschap de tand des tijds zal doorstaan, weet dan dat degenen die dat doen vaak gebaseerd zijn op een gemeenschappelijke taal die een gevoel van uitwisseling en saamhorigheid koesteren. Dit kan door de jaren heen gebeuren op basis van vroegere ervaringen, maar het vereist ook blijvende investeringen van beide kanten. 

Advertentie

Het doel van de gedeelde taal is om te zorgen dat je geen tijd verdoet met jezelf aan de ander te moeten uitleggen. Het ligt aan de basis van dat prettige gevoel van comfort dat je ervaart als je met iemand praat waarvan je weet dat die je kan begrijpen, bijna zonder dat je ook maar iets hoeft te zeggen.

Naast dat het een fundamenteel onderdeel van de stabiliteit van een vriendschap is, ligt deze constante uitwisseling ook in verband met zekerheid in je identiteit – ik weet wie ik ben en hoe en met wie ik wil communiceren. Op zijn beurt is zelfverzekerdheid ook wat het aantal vriendschappen vermindert, maar hun kracht des te groter maakt. Wanneer je groeit en ouder wordt is het niet langer nodig om jezelf te omringen met mensen die je, puur om je ego te voeden, in je buurt houdt. Je gaat alleen verder met degenen die er echt toe doen. 

Kortom, na je 25ste zijn je persoonlijkheid en je vriendschappen min of meer gestabiliseerd. Dus als je jezelf ineens in een nieuwe omgeving bevindt is het normaal om je te voelen alsof je er niet bij past, ook al ontmoet je mensen waarmee je gedeelde interesses hebt. 

Op dat punt is pure wilskracht de enige manier om die obstakels te overwinnen en nieuwe verbindingen te maken. Je moet doelbewust tijd maken voor je vrienden, proactief zijn in het maken van nieuwe relaties en moeite steken in het onderhouden van oude relaties. 

Ja, het is uitdagend. Maar dat is schatzoeken altijd. 

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op VICE Italy.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.