FYI.

This story is over 5 years old.

Stuff

Helaas! Sociale media zullen nooit de leegte in je leven opvullen

Gooi die duimpjes omhoog!
Foto uit de VICE-documentaire 'Snapchat Plastic Surgeon'

Het is best moeilijk om kritisch te schrijven over sociale media zonder meteen te klinken als een boze, oude man. We hebben ons immers allemaal overgegeven aan het sluwe bewind van de digitale industrie, en we laten elke dag vrijwillig onze gedachten, relaties en herinneringen omzetten in geld door onze vrienden in Silicon Valley. Zelfs de radicaalste tegenstanders van sociale media houden netjes hun online accounts bij, en meestal doen ze dat dan met een ironische ondertoon, of maken ze een alter ego aan, of ze stellen een neppe profielfoto in. Op deze manier leggen ze toch nog even nadruk op het feit dat alle content die ze produceren uiteindelijk in de handen ligt van een stel rijkaards, die deze data weer verkopen aan achterbakse adverteerders.

Advertentie

In het boek Filling the Void: Emotion, Capitalism and Social Media van Marcus Gilroy-Ware bekritiseert hij sociale media door juist de maatschappij waarin het vorm krijgt onder de loep te leggen. Wat zijn bijvoorbeeld de sociale omstandigheden van een wereld waarin "smartphonegebruikers ongeveer zeventien procent van al hun tijd spenderen op de Facebookapp?" en waarin "vier op de tien mensen toegeven wel eens sociale media gebruiken terwijl ze achter het stuur zitten?"

Het antwoord ligt verborgen in het emotionele wrak dat laatkapitalisme heet. Gilroy-Ware beargumenteert aan de hand van het boek Capitalist Realism van Mark Fisher, dat het vermoeide leven van verveelde, eenzame en labiele werknemers van nu wordt uitgebuit door sociale media. Dit kwaad van het internet belooft je namelijk een oneindig gevoel van emotionele voldoening, omdat je voor altijd door kan scrollen.

We proberen deze leegte te vullen met de stimulansen van Facebook en Instagram. Maar hierdoor veroorzaken we juist een eindeloze en paradoxale val, waarin we schipperen tussen de oorzaak en het gevolg van onze malaise: "We zoeken naar hetgeen dat ons beter kan laten voelen, maar dat zoeken we op een plek waar we dat nooit gaan vinden". We blijven hangen in een "vicieuze cirkel die essentieel is voor het mechanisme van consumentisme." Het moge duidelijk zijn dat Gilroy-Ware absoluut geen fan is van sociale media.

Advertentie

VICE: In het boek spreek je je vooral uit tegen het begrip 'technologisch determinisme'. Wat betekent dat en waarom heb je er zo'n hekel aan?
Marcus Gilroy-Ware: Ik ben blij dat je juist dat begrip noemt. Technologisch determinisme is het idee dat technologie bepalend is voor de manier waarop we handelen en hoe we ons gedrag aanpassen. Een goed voorbeeld daarvan is een titel die je wel eens voorbij ziet komen, zoals: "Hoe sociale media onze vriendschappen beïnvloedt". En dan denk ik: echt? Denk je echt dat het sociale media zijn? Ik zeg niet dat technologie geen enkele rol speelt in de manier waarop we ons gedragen, maar het is niet de kern van het verhaal.

Technologie wordt gevormd door heel specifieke economische en culturele context. Het is natuurlijk niet zo dat het opeens op een magische wijze verschijnt. Kapitalisme produceert al decennia lang technologie, allemaal om specifieke redenen. Neem bijvoorbeeld de journalistiek, een hoop technologische vernieuwingen op de redactie zijn afkomstig van management, en niet van de journalisten zelf. Het gaat er uiteindelijk om dat de dingen sneller en efficiënter worden.

De hoofdgedachte van je boek gaat over de emotionele dimensie van onze sociale media consumptie.
Ik geef al jaren les in digitale journalistiek, en in die lessen moest ik studenten uitleggen hoe ze sociale media kunnen gebruiken om hun stukken te delen met een groter publiek. Maar ik kwam erachter dat ik hen eigenlijk steeds meer op het hart wilde drukken dat mensen internet niet gebruiken om van journalisten te horen wat er aan de hand is in de wereld. Volgens Pew Research gebeurt dat af en toe - ongeveer achttien procent van alle Amerikanen doen dat wel eens - maar lang niet zoveel als journalisten hadden gehoopt. Ondertussen gebruiken vier op de tien Amerikanen sociale media achter het stuur. Hoe kan het dat ze dat doen?

Advertentie

Ik stuitte op het werk van Mark Fisher en zijn boek Capitalist Realism. En daar werden dingen bevestigd die ik ook riep: mensen zijn verveeld, eenzaam, depressief, vervreemd en geïsoleerd, en ze gebruiken sociale media om zichzelf tijdelijk te troosten. Het begrip 'depressief hedonisme', dat werd geïntroduceerd in het boek van Fisher, somt op wat ik mijn studenten probeerde uit te leggen, zonder er een politiek-filosofische lading op te leggen.

Een verontrustend onderzoek dat in 2013 is gedaan door Dan Kahan en zijn collega's op de universiteit van Yale, liet zien dat bij politiek polariserende kwesties, mensen niet reageren op bewijs. Het is zelfs zo dat het bewijs dat ze fout zitten, er juist voor zorgt dat ze er zeker van zijn dat zij het bij het juiste eind hebben.

Wat is depressief hedonisme?
In zijn boek beschrijft hij dat hij lesgaf op een universiteit in Oost-Londen, en opmerkte dat zijn studenten, in tegenstelling tot normale depressie (wat wordt gekenmerkt door 'anhedonie' - het onvermogen om plezier te voelen), juist alleen maar in staat waren om plezier na te jagen. Dat plezier najagen was dan de primaire functie van hun depressieve staat. Ze zaten vast, zegt hij, in de gedachte dat het toch geen verschil maakte voor hun leven.

Er zijn een hoop producten die je in die categorie kan stoppen, zegt hij. Denk aan junkfood, suiker en YouTube. Maar ik herkende ook een stukje depressief hedonisme in mijn eigen sociale media gebruik: mijn tijdlijn bekijken, scrollen en vervolgens geen idee hebben naar wat ik precies op zoek ben. Het strookt met het idee van kapitalistisch realisme waarin dit voelt als een saai pijntje. Het kennen van onze toekomst is verdwenen, we voelen, in de woorden van Oliver James, 'emotionele stress', en we hebben constant afleiding nodig.

Advertentie

Maar is er geen ruimte voor verzet binnen de grenzen van sociale media? Het Twitteraccount van PissPigGrandad bijvoorbeeld, die verzette zich door gedetailleerde beschrijvingen te geven van zijn heldendaden terwijl hij vocht voor de YPG in Syrië. Dit was een effectieve manier van propaganderen voor het socialisme in het Koerdische deel van Syrië. Ook al is zijn account laatst verwijderd.
Als je het mij vraagt denk ik niet dat je de instrumenten van het kapitaal kan gebruiken tegen het kapitaal. Het gebruiken van Facebook om Facebook neer te halen is gewoon dom. Maar als we het hebben over het grotere politieke plaatje, dan is er veel te halen in echokamers en filterbubbels. Een verontrustend onderzoek dat in 2013 is gedaan door Dan Kahan en zijn collega's op de universiteit van Yale, liet zien dat bij politiek polariserende kwesties, mensen niet reageren op bewijs. Het is zelfs zo dat het bewijs dat ze fout zitten, er juist voor zorgt dat ze er zeker van zijn dat zij het bij het juiste eind hebben.

Het mooie aan propaganda is dat het de mening van mensen versterkt. En misschien verspreiden ze die ideeën dan weer op andere manieren. Ik denk dat sociale media niet eens zo erg is in het verspreiden van propaganda. De echte boosdoeners zijn mainstream media, zoals televisie.

Geloof je in het idee van digitaal dualisme, de notie dat er een echte wereld is die zich onderscheidt van de online wereld? Of denk je dat dit onderscheid niet langer geldig is?
Dat onderscheid is allang aan het afbrokkelen. Bij jonge mensen loopt sociale media compleet over in hun echte leven. Zij kennen het begrip cyberspace niet. Ik denk dat de mythe van 'cyberspace', wat slechts een metafoor is, iets is dat alleen bestaat in de verbeelding van vroege internetgebruikers die het nog steeds gebruiken. Zo niet, dan is het alleen relevant als een historisch idee.

Daarom vind ik het interessant dat je het boek begint met het beschrijven van de relatie tussen de selfie en de dood. Je presenteert een lijst van alle mensen die zichzelf per ongeluk de dood in hebben gejaagd terwijl ze een selfie probeerden te maken. De selfie representeert op deze manier de dood van een oud traditioneel subject.
Ik verzamelde die gevallen, ja. Er zijn zoveel voorbeelden van mensen die gearresteerd worden of doodgaan, en ik kan hierdoor niemand geloven die zegt dat het online leven en het echte leven twee verschillende dingen zijn.

Zijn selfies anders dan portretten van de aristocratie? Je zegt op een gegeven moment, door middel van het aanhalen van het werk van John Berger, dat die portretten manieren waren om bezit en sociale klasse uit te dragen.
Nou, je kan refereren aan het aspect van het 'opvoeren van je identiteit' om het te begrijpen, en dat gebeurt meestal door het in relatie te brengen met het werk van de socioloog Erving Goffman. En dat is op zich best een cliché geworden, maar het is iets waar ik het wel mee eens ben. Het gaat niet alleen maar om het beeld (hoewel dat wel belangrijk is, want je kan bepaalde aspecten van je uiterlijk verbeteren), maar we gebruiken deze dingen juist omdat we onzeker zijn. Waarom zouden we niet degene laten zien die we het liefst zouden willen zijn?

Maar aristocraten waren ook hun identiteit aan het opvoeren, is het niet? Is het niet zo dat de selfie een praktijk die alleen was weggelegd voor de hogere klasse heeft gedemocratiseerd? Er is nu iets dat voor iedereen toegankelijk is, maar de vraag is of de Instagram selfie hetzelfde inhoudt als een portret van een stel aristocraten. Nee, want er zijn ontelbaar veel manieren om een beeld van jezelf te fabriceren dat exclusiviteit en privilege overdraagt aan de ontvanger, zoals de aristocraten dat deden. Het eerste dat in me opkomt is het beeld van Kim Dotcom die hij online zette, waarin hij op een jacht staat met zijn ex-vrouw. Mensen kunnen hun welvaart op allerlei manieren de wereld inslingeren. Aristocratie en dat soort machten zijn nooit gedemocratiseerd. Het is zelfs zo dat ongelijkheid groeit, dus nee, ik denk niet dat de toegankelijkheid van het maken van foto's van onszelf iets democratisch is.

Filling the Void is nu verkrijgbaar via Repeater Books